Grote Toren, Kleine Toren

Kleine Toren wil graag op reis, want het is zo stil op de burcht tussen de heuvels waar hij woont. Hij weet nog niet waarheen en Grote Toren stelt voor om naar de stad te gaan. Ze reizen met de trein naar de grote stad vol wolkenkrabbers. De wolkenkrabbers zijn nieuwsgierig en vinden het leuk om bezoek te hebben. Grote Toren en Kleine Toren merken algauw dat ze niet tegen de herrie van de stad kunnen en na een nachtje in de drukte en het kabaal willen ze snel terug naar huis. Vier wolkenkrabbers gaan met hen mee. Ze vinden de ruimte, de bomen en de frisse lucht heerlijk, maar gaan zich na een poosje vervelen. Ze beseffen dat ze hier niet thuishoren en keren terug naar de stad. Een nieuw boekje in de typische scheur- en plakstijl van deze auteur. Het gebruikte materiaal lijkt ditmaal een soort van ruw gerecycleerd papier in een beperkt aantal, eerder donkere grijstinten. Hier en daar zijn nog letters te identificeren. De verschillende elementen in de overwegend paginagrote illustraties zijn dik zwart omlijnd. De tekst bevindt zich in de bovenste helft van de linkerpagina en sluit nauw aan bij de illustraties. ‘Oost west, thuis best’ lijkt het motto van dit boek. Op een eenvoudige manier wordt duidelijk gemaakt dat mensen vaak weggaan, op zoek naar verandering omdat ze met iets niet tevreden zijn. Maar vaak keren mensen ook weer terug en iedereen heeft een plekje nodig waar hij zich thuis voelt en het is belangrijk dat te koesteren. Dit zeer originele verhaal over wonen in de stad of op het platteland en over heimwee hebben en tevreden zijn met hoe en waar je leeft, is op een creatieve manier geïllustreerd.