Eva vindt een thuis

Eva werd geboren onder een vuilniscontainer in Honduras. Ze woont er samen met haar broertjes en haar moeder. Haar vader woont in de container ernaast. Hij is een ruige kater die vooral denkt aan het vullen van zijn eigen maag. De kleine katjes leren er al snel dat het leven bikkelhard is. Wanneer moeder na een fel gevecht (met hun vader nota bene) zwaargewond thuiskomt, wil ze nog snel enkele wijze levenslessen meegeven aan haar kinderen. Zo vertelt ze dat er mensen zijn die van poezen houden en hen eten uit blik geven. Moeder blaast haar laatste adem uit en op hetzelfde ogenblik zit Eva verstijfd gevangen in de lichtbundel van een auto. Ze wordt opgetild en meegenomen. Eva verbaast zich erover dat de mensen haar de naam Eva geven, dat is immers de naam die ze van haar moeder kreeg! Ze past zich langzaam aan haar nieuw luxeleventje aan en herinnert zich de wijze levenslessen van mama, die ze meteen toepast (o.a. mensen aan het lachen maken, dan zorgen ze goed voor je!) Op een dag vertrekken Moniek en Paul, de mensen die Eva in huis hebben gehaald, terug naar Nederland. Eva volgt de discussies met een klein hartje maar mag uiteindelijk mee. De vliegreis is een verschrikking, ze staat doodsangsten uit. In Nederland moet Eva het huis delen met Elvis, een kater die duidelijk laat voelen dat hij de baas is. Maar op een dag ziet Eva weer grote koffers die volgeladen worden. Elvis zegt haar dat hun baasjes haar weer naar Honduras gaan brengen en Eva besluit weg te lopen. Ze verzeilt in het park, waar verschillende zwerfkatten vechten voor het weinige eten dat er te rapen valt. Het doet Eva allemaal denken aan haar leven in Honduras. Na enkele dagen wordt Eva herkend door een oude vrouw in het park. En ja, ook Eva merkt de vele affiches met haar foto op, die aan bomen en lantaarnpalen hangen. Even later verschijnen Moniek en Paul, die Eva opnieuw in hun armen sluiten en haar mee naar huis nemen. Geen vertrek naar Honduras, grapje van Elvis. Paul moest blijkbaar een weekje weg… Eva vindt een thuis, zonder dat er ooit sprake was van een eventuele zoektocht naar een thuis. Het boek beschrijft het leven van een zwerfkatje dat door mensen geadopteerd en mee naar Nederland wordt genomen. Het geheel komt echter alles behalve boeiend over. De schrijver laat de dieren denken en spreken als mensen en plaatst hen naast mensen die eenzelfde taal hanteren. Door af en toe te zeggen dat Eva niet weet wat een vliegtuig of Nederland is, probeert de schrijver het verschil tussen mens en dier aan te geven. Maar het verhaal is een aaneenrijging van clichés en een opeenstapeling van onwaarschijnlijke toevalligheden. Daardoor haakt de lezer af. De tekst wordt hier en daar verlucht door een tekening, soms een hele pagina groot, soms een pootafdruk tussen enkele regels. Deze illustraties van debutant Milo zijn even plat en inspiratieloos als het verhaal. Geen consequente uitwerking maar een mengeling van fantasie en realiteit, geen geslaagde mix. Ook aan de vormgeving werd weinig aandacht besteed. Voor dit boekje met slappe kaft moet je bovendien zowat 15 euro neertellen…