En toen, Sheherazade, en toen?

Uit de verhalen van Duizend-en-een-nacht

Wanneer de jonge vorst Sjahriar ontdekt dat zijn vrouw hem ontrouw is, verliest hij zichzelf in verdriet en laat hij haar doden. De volgende nachten brengt hij door in het gezelschap van telkens een andere ongerepte bruid die hij, zodra het ochtend wordt, door zijn vizier laat onthoofden. Geen vrouw zal hem zo ooit nog kunnen bedriegen, meent hij. Dat is echter buiten de talenten van Sheherazade, de dochter van zijn vizier, gerekend. Sheherazade kiest er zelf voor om de nacht met Sjahriar door te brengen en ze vertelt hem een verhaal. Op inventieve wijze weet ze haar verhaal zo te brengen dat de jonge vorst haar keer op keer nog een dag laat leven om haar stem, in het donker van de volgende nacht, het vervolg te horen vertellen. Op die manier rijgen de verhalen zich aan elkaar en beïnvloeden ze het gemoed van Sjahriar. Hij denkt na over zijn verleden, hij krijgt spijt over wat hij deed en na duizend-en-één nacht huwt hij Sheherazade.

Imme Dros toonde in het verleden al vaak aan een meester te zijn in het bewerken van mythen, sagen, legenden en spookjesachtige klassiekers en in deze bundel bewijst ze dat opnieuw. Uit de grote hoeveelheid aan verhalen uit ‘Duizend en één nacht’ selecteerde ze een aantal dierenverhalen en deze werden aangevuld met de reizen van Sinbad. In een nawoord verantwoordt ze haar keuze en licht ze de geschiedenis van de teksten evenals de wijze waarop ze deze heeft bewerkt toe. Ze koos ervoor om de afwisseling van proza, de berijmde raadsels en de flarden poëzie uit de oorspronkelijke geschriften om te zetten in een verhaal dat leest als proza. Het is een geheel geworden waarin beschrijvingen, dialogen, spreekwoorden, versregels en volkswijsheden natuurlijk in elkaar overvloeien en waarin nog ruimte gelaten wordt voor de fantasie van de lezer.

De prachtige illustraties van Annemarie van Haeringen sluiten er naadloos bij aan. Eenvoudige, met scherpe lijnen getekende figuren verbeelden fragmenten van het verhaal. Soms staan ze klein en schijnbaar onopvallend in de rand. Andere keren maken ze deel uit van bijna paginagrote aquarellen waarvan het kleurgebruik de sfeer van het verhaal en de context waarin het zich afspeelt uitstraalt. Die sfeer wordt ook benadrukt door de kaft van het boek. Hier werd gekozen voor een paars-blauwe kleur en een blauwe bladsnee. Het glanzend gele volglint en de halflinnen band geven het geheel een extra feestelijke toets.

De bundel, met verhalen die oorspronkelijk voor volwassenen waren bedoeld, richt zich tot kinderen en laat zich vlot voorlezen. Maar misschien is het raadzaam om als volwassene zelf even de aanzet door te nemen. Het overspel wordt door Imme Dros helder maar ongenuanceerd verwoord en dat geldt ook voor de bijhorende illustratie. Voor heel jonge luisteraars of lezers is dat misschien net iets te expliciet en het zou jammer zijn mochten onvoorbereide voorlezers zich door dit kleine aspect laten afschrikken.