In een bui van woede stoot Merlijn zijn hoofd aan de rand van het bed. Als hij wakker wordt, is zijn alledaagse leventje weg. In de plaats daarvan komt hij terecht bij een Germaanse stam, zo’n 4000 jaar terug in de tijd. Zijn zorgen van alledag maken plaats voor slechts één bekommernis: overleven. Langzaamaan wint hij het vertrouwen van de stamoudsten en bouwt hij een leven op in de stam. Maar hoe kan hij terugkeren naar het heden? Geschiedenis in een wel heel aangename verpakking, dat is wat dit boek te bieden heeft. De tijdsprong die er gemaakt wordt, komt amper vreemd over en na enkele bladzijden waan je je midden in de wereld van Asterix en Obelix. Je wordt meegesleurd in een avontuur dat tegelijk een liefdesverhaal is. Spanning en emotie wisselen elkaar af en hedendaagse denkbeelden worden getoetst aan oude gedachten en gebruiken. Tweehonderd bladzijden later is het bijna een teleurstelling wanneer Martijn weer in onze realiteit terecht komt. Een knap avonturenboek met een flinke dosis geschiedenis.