Op een dag krijgt miljonairszoontje Tad eens zijn zin niet en boos wenst hij dat hij iemand anders is. Dankzij de juiste stand van de sterren komt zijn wens diezelfde nacht nog uit. Hij wordt wakker als de armoedige Bob, zoon van kermisklanten. Dat was nu ook niet bepaald wat hij zelf in gedachten had! De confrontatie met een voor hem totaal vreemd bestaan, komt hard aan. Hij moet werken op de kermisstand van zijn (Bobs) ouders en wordt gedwongen tot misdaden. Zijn verhaal is compleet ongeloofwaardig en hij probeert het niet eens uit te leggen, hoewel sommige mensen in zijn omgeving vinden dat hij zich behoorlijk vreemd gedraagt. Na een tijdje krijgt Tad wel schik in de gemaakte overstap en wanneer hij met Bob (in het lichaam van Tad) wordt geconfronteerd is het moeilijk zijn afkeer te verbergen. Bovendien komt hij als straatjongen achter de criminele activiteiten van de firma van zijn vroegere vader. Ontvoering, achtervolging, moord en doodslag zijn allemaal ingrediënten van dit spannende verhaal, dat met vaart en humor is geschreven. In een onverwachte epiloog besluiten de twee jongens – elk teruggekeerd in hun eigen lichaam - dat ze hun ouders best kunnen missen. Door hun ongewilde kennis van elkaars leven, lichaam en achtergrond vinden ze elkaar als vrienden.