Nia Loyd is het jongere zusje van Alun Loyd, de vriend van Gwyn Griffith, de jongen die in het eerder verschenen deel ‘De zoektocht van Gwyn’ kennis maakte met zijn eigen magische krachten. Als middelste kind zoekt Nia niet alleen haar plaats in de kroostrijke familie. Ook haar zoeken naar eigen talenten onderscheidt haar van de rest van het gezin. Wanneer ze naar de stad verhuizen, heeft zij het als enige erg moeilijk om te wennen aan deze nieuwe omgeving. Op één van haar tochten wordt haar aandacht op onverklaarbare wijze getrokken naar een vreemd kerkje. Iedereen raadt haar aan om daar weg te blijven. Er is daar immers iets vreemds gebeurd. Maar Nia luistert niet en maakt er kennis met Emlyn en zijn vader, een zonderlinge kunstenaar. Tegen ieders waarschuwingen in sluit Nia vriendschap met Emlyn en laat ze zich door zijn vader inspireren bij het uitwerken van een opdracht voor school. Gelijktijdig met haar zelfvertrouwen groeit ook haar vriendschap met Emlyn. Langzaam dringt ze tot de jongen door en begrijpt ze zijn verdriet omwille van het gemis van zijn moeder. Nia mist het leven temidden van de natuur. Daarom besluiten haar ouders haar een tijdje te laten logeren bij Gwyn Griffith en zijn familie. Daar komt ze in contact met Gwyns grootmoeder, Nain. Deze vrouw helpt haar om Emlyns moeder terug te vinden en de jongen te bevrijden uit zijn eenzaam leven. Doorheen de beschrijving van haar personages en hun beleven, verweeft de auteur een behoorlijke portie humor. Dat maakt het verhaal waarin ook ernst en donkere kanten van het leven duidelijk aanwezig zijn vlot leesbaar. 'De maan van Emlyn' is het tweede deel van een trilogie, het kan ook afzonderlijk gelezen worden. Maar wie het eerste deel las, merkt een verbondenheid in beide magische verhalen. Waardoor het uitkijken wordt naar het derde deel.