De 3 gigantisch gemene griezels

Drie griezels denken elk dat zij bijzonder griezelig zijn. De draak krijgt het Spaans benauwd van hij zichzelf in de spiegel ziet, de Heks krijgt telkens de schrik van haar leven als ze in haar toverspiegel kijkt en de Reus siddert van angst als hij zichzelf bewondert in zijn achteruitkijkspiegel. Alle drie waarschuwen ze iedereen als ze op pad gaan. Ze zijn immers gemeen en griezelig. Daar zijn ze rotsvast van overtuigd. Op een dag ontmoeten de drie elkaar. Tot hun verbazing maken ze elkaar niet bang. Ze besluiten om samen verder te gaan en te picknicken. Dan zien ze een peutertje, Nittepetit. Nittepetit is helemaal niet bang. Ze vindt de reus heel lief en vraagt of ze in zijn nek mag zitten, zodat ze een beetje groter is. De Reus is helemaal van slag want dat heeft nog nooit iemand aan hem gevraagd. Omdat ze zo klein is, mag het. Als de Reus haar weer op de grond zet, trippelt ze naar Heks. Nittepetit vindt de heks heel mooi. Heel lief vraagt ze of ze eens mag meevliegen op haar bezemsteel, want dan is ze een ietsepietsie groter. Niemand had ooit tegen Heks gezegd dat ze mooi was en dus mocht Nittepetit meevliegen. Na het tochtje op de bezemsteel is Nittepetit moe. Ze bedelt bij Draak om een slaapliedje en een knuffel. Draak kan zoiets niet weigeren en maakt voor haar een heerlijk zacht bedje en zingt het enige slaapliedje dat hij kent. Als Nittepetit lekker slaapt, brengt hij haar heel voorzichtig terug naar haar mama. De drie zijn na dit avontuur in een lichte shock: hun wereld is danig overhoop gezet. Niet alleen vinden ze elkaar niet griezelig, maar ook een klein mensje is niet bang van hen. Het hondje van de draak, Kwispel, blijft er echter nuchter onder. Hij haalt er een spiegel bij en vraagt hen om er in te kijken. Alle drie zien ze vriendelijk lachende gezichten … Heks besluit dat ze er wel wat gek uitziet, maar niet om doodsbenauwd van te worden. Reus vindt vooral dat hij zich eens moet scheren, maar hij ziet er nu ook niet uit om je het apezuur van te schrikken. En Draak … die ziet er misschien wel wat aan de lelijke kant uit, maar ook gigantisch ongriezelig. Hun besluit staat vast: ze zien er veel te aardig uit om bang voor te zijn. Ze bundelen hun krachten en doen vanaf nu iets leuks met hun ongriezeligheid. Maar af en toe, zo heel af en toe kunnen ze het toch niet laten en doen ze gigantisch hun best om zichzelf bang te maken! De drie hoofdrolspelers zijn een zootje ongeregeld bij elkaar. Ze zijn wat zelfingenomen, wat aan de onbeleefde kant, hebben zo hun slordige kantjes en doen gewoon hun eigen zin. Niets of niemand kan of zal daar verandering in brengen, denken ze. Tot een Ukkepuk hun pad kruist. De ruwe bolster valt er af en het weke hart overwint. Een leuk, grappig verhaal met vooral fijne illustraties die ook nog eens leuke details bevatten. Een zwierig en aangenaam verhaal om voor te lezen.