Assassin's Creed. De duistere kruistocht

In dit boek wordt het levensverhaal van Altaïr verteld. De kennismaking met deze grootmeester van de orde van de Assassijnen lijkt bijzonder saai te worden. Altaïr krijgt immers al snel in het boek de opdracht om negen vijanden te verslaan. Negen sluipmoorden op een boeiende manier beschrijven, blijkt geen simpele opdracht te zijn. Op elke bladzijde sneuvelt wel iemand, waardoor er al snel gewenning aan deze gruwelijkheden optreedt. Na een paar moorden begint Altaïr te twijfelen over wat juist en wat kwaad is. Toch doet hij verder en gehoorzaamt hij blindelings aan zijn meester. Hij is immers door zijn roekeloosheid zijn plaats in de orde kwijt geraakt en kan deze enkel terugwinnen als Al Mualam hem gunstig gezind is. Dus moet hij wel naar zijn meester luisteren. Wanneer deze negen sluipmoorden gepleegd zijn, ontdekt Altaïr dat hij bedrogen werd. Gelukkig kan hij ook de bedrieger uitschakelen en wint hij zo alle aanzien in de orde terug. Van een nietsnut is hij ineens Meester van de Orde der Assassijnen. Dit is hem enkel gelukt met behulp van “de Appel” die een zeer grote kracht bevat. Deze kracht kan alles vernietigen, maar Altaïr is er ook zeker van dat er heel wat goeds schuilt in deze Appel. Hij neemt de Appel dan ook mee in zijn kruistocht tegen de Tempeliers. Tijdens deze tocht leert hij Maria kennen. Zij is Tempelier maar wordt door haar orde in de steek gelaten. Het kost Altaïr veel moeite, maar uiteindelijk kan hij het hart van Maria veroveren. Samen krijgen zij twee zonen. Altaïr besluit zijn verdere leven te wijden aan onderzoek naar de mysterieuze Appel en de leer van de Assassijnen over de wereld te verspreiden. Hiervoor verlaat hij zijn burcht waar hij na zijn strijd tegen de Tempeliers een tijdje heeft gewoond. Tijdens zijn afwezigheid laat hij de macht in zijn belangrijke Assassijnse nederzetting achter in de handen van Malik en onder toezicht van zijn oudste zoon. Jammer genoeg pleegt zijn oude vijand Abbas een staatsgreep. Malik komt in de cel terecht en zijn zoon wordt gedood. Wanneer Altaïr terug komt en dit allemaal doorziet, wordt Malik ook vermoord. Altaïr krijgt hiervan de schuld en wordt verbannen. In zijn woede misbruikt hij de kracht van de Appel, waardoor Maria per ongeluk de dood vindt. Altaïr dwaalt dus een hele tijd rond, terwijl het dorp onder invloed van Abbas achteruitgaat. De dorpelingen verlangen hevig naar het billijke leiderschap van Altaïr, maar die lijkt spoorloos. Tot de dorpeling Mukhlis op een gegeven moment aangevallen wordt in de woestijn en hulp krijgt van een man die veel te oud is om deze hulp te kunnen bieden. Al snel heeft Mukhlis door dat dit niemand anders dan Altaïr kan zijn. Samen smeden ze een plan om de burcht opnieuw over te nemen en de vrede in het dorp te herstellen. Ook Maliks zoon neemt hier graag aan deel. Ze brengen een leger op de been dat onder leiding staat van Altaïr. Op Altaïrs bevel herovert dit leger met zo weinig mogelijk doden de burcht. Altaïr kreeg immers tijdens zijn leven een afkeer van al dat doden en weet dat heersen ook anders kan.