Alles is weg

Fae, een zestienjarig meisje, verliest van de ene op de andere dag haar beste vriend, Muis (Maurice), door een fataal ongeval. Het verhaal begint met deze flashback zodat we van bij het begin weten dat Muis gestorven is. In het eerste hoofdstuk gaat het groepje vrienden naar een optreden. Fae krijgt het eventjes moeilijk en ziet het beeld terug van het ongeval waarbij zij niet in staat was om Muis te redden. In het tweede hoofdstuk wordt het leven van Muis overlopen. We leren Muis kennen als een opvallende, opgroeiende kleuter. Hij is altijd te vinden voor kwajongensstreken. In het derde deel, op een onbezorgde, zomerse dag, wordt alles in één keer anders. Muis valt van een brug in het water en komt niet meer boven. Tenslotte worden in het laatste deel de gevolgen verteld van het verlies van Muis voor zijn omgeving, zijn moeder, zijn beste vriend Billy, z'n tweelingbroer Patrique en natuurlijk voor Fae, die met een enorm schuldgevoel achterblijft. Dit boek behoort tot de Slash-reeks. Dit zijn boeken die geschreven zijn op basis van het waargebeurde verhaal van een bijzondere jongere. In dit boek worden de gevolgen van de dood van een tiener heel emotioneel weergegeven. Iedereen verwerkt het verdriet op zijn manier. Het verhaal wordt geschreven in de derde persoon vanuit het standpunt van Fae. Het laat je niet onberoerd en bezorgt je af en toe een brok in je keel. Fae zit met een enorm schuldgevoel dat ze bij niemand kwijt kan. Ze heeft Muis immers niet kunnen redden. Billy daarentegen is boos op zichzelf omdat hij er niet bij was en is er vast van overtuigd dat hij Muis gered zou hebben. Dit boek is vlot geschreven met veel dialogen. Het taalgebruik is Hollands: ze is lekker toch op mij (p. 14); een kliko (p. 23); doe chill, bauwt Fae (p. 25); ouwe (p. 30). Als jongere word je met dit boek geconfronteerd met de dood. Het zorgeloze leventje van dit groepje tieners is plotseling voorbij. De titel 'Alles weg' verwoordt goed de gevolgen van de dood van Muis. De gebeurtenissen voor het ongeval zijn niet altijd even boeiend en soms overdreven. Het zijn immers geen 'gewone' tieners: ze stelen, blowen, stichten brand, saboteren een bewaakte spoorwegovergang, enzovoort. De vlotte schrijfstijl doet je het boekje in één ruk uitlezen; jammer van de 'arme' taal.