Wolf, Hond en Kat

In 'Wolf, Hond en Kat' maken we kennis met drie personages: Hond, die bij zijn baasje in de vallei woont; Wolf, die in het bos woont en Kat. Zij is geen gewone, lieve poes, maar een kat die woest en wild is. Wolf is onbetrouwbaar en houdt nooit zijn woord. Maar Wolf is bang van Kat en Kat is bang van de blaf van Hond. Wolf en Hond zijn neven en als Wolf ziek wordt, wil Hond hem helpen. Met een mandje gevuld met lekkers gaat hij op pad om Wolf bij te staan. Maar ook Kat heeft snode plannen; ze probeert bij Wolf binnen te raken om hem het leven zuur te maken. Wolf en Hond moeten dan ook de poten in elkaar slaan om Kat te slim af te zijn. Het verhaal roept duidelijk associaties op met gekende sprookjes zoals Roodkapje en De wolf en de zeven geitjes. De drie personages van het verhaal vertonen erg menselijke trekken waardoor het boek ook voor volwassenen prima te lezen is. De auteur van dit boek, die ook Vos en Haas schreef, maakt gebruik van korte eenlettergrepige woorden op rijm. Ondanks het eenvoudige taalgebruik is de verhaallijn erg helder en spannend. De illustraties in aquarel van Marije Tolman zijn leuk, grappig en vullen het verhaal prima aan!