Spoorzoekers

Al meer dan 150 jaar is Zwijsen actief op vlak van leesonderwijs. Ze hebben niet alleen leesmethodes, maar ook een uitgebreid aanbod van werkboekjes, spelletjes, cd-roms, websites en uiteraard een zeer gevarieerd aantal reeksen. De serie ‘Ik lees’ richt zich op beginnende lezers. Na vier maanden leesonderwijs zijn ze in staat om deze aantrekkelijke boekjes te lezen. Het AVI-niveau varieert van 1 tot en met 4. De boekjes zijn zoals gewoonlijk zeer aanlokkelijk en ze sluiten zeer goed aan bij de belevingswereld van de kinderen. Als Mare wakker wordt kan ze haar geluk niet op: het heeft gesneeuwd. Alles is bedekt onder een enorm sneeuwtapijt. Vandaag komt ook haar vriendinnetje Wies logeren. Ze halen de slee tevoorschijn, houden een sneeuwballengevecht en genieten met volle teugen. Als ze wat gaan wandelen, zien ze dat ze sporen maken in de sneeuw. Ze gaan op zoek en vinden algauw nog meer sporen: een vogel, een poes, een hond, … Mare en Wies wanen zich al gauw echte spoorzoekers en volgen het spoor van een poes. Dat gaat eerst over de stoep, dan over de straat, langs tuintjes, onder een boom door, naar een bruggetje en dan … de polder in. Eigenlijk mag Mare zo ver niet gaan, maar als echte spoorzoekers kunnen ze niet anders dan hun opdracht volbrengen. Ondertussen steekt de wind op en begint het weer te sneeuwen. Mare en Wies krijgen het koud, maar willen niet opgeven. Ze besluiten hun spoor terug naar huis te volgen. Maar het spoor is weg door de verse sneeuw. De meisjes zijn moe en geven het op. Ze hebben het te koud. Klappertandend gaan ze zitten, denkend aan een warm drankje en lekkere koekjes er bij … Gelukkig zijn mama, papa en de broers van Mare al op zoek. De kinderen worden vlug gevonden, krijgen een warm bad en heerlijke chocomelk met appeltaart. Dit boekje is qua sfeer erg herkenbaar voor kinderen en voor volwassenen heeft het iets ontroerends. De fantasiespelletjes waarin kinderen zo kunnen opgaan en waar ze zich aan vastklampen in moeilijke situaties zijn heel goed weergegeven. De wazige, zachte illustraties in de bekende stijl van Harmen van Straaten passen perfect bij het verhaal.