Lise en de bastaard

Kennemerland, 1298. De elfjarige Lise woont met haar familie in Beverwijk, een handelsplaats in Noord-Holland. Wanneer vader zijn been breekt, moet Lise hem in de winkel vervangen. Op een dag ontdekt ze een jongen in een pakhuis, Floris. Hij is de bastaardzoon van Floris V. De jongen heeft zich daar verstopt om aan zijn achtervolgers te ontkomen. Sommige Hollandse heren denken dat hij een spion is. Lise geeft de jongen eten en bezorgt hem een schuilplaats. Ze vertelt niets aan haar ouders. Uiteindelijk kan Floris met de hulp van een schipper naar Haarlem ontsnappen. Dit historische verhaal speelt zich af in de chaotische periode na de moord op Floris V. Het gezag van de graaf van Holland werd toen betwist door sommige heren. In 26 korte hoofdstukken vertelt de schrijfster hoe de pientere Lise de jonge Floris redt. De sage van het Hollandse huis, verwant met de graaf van Henegouwen, is in Nederland erg bekend. Voor ons is dit verhaal interessant omdat we in contact komen met het dagelijks leven in kleinere handelssteden. De schrijfster heeft zich goed gedocumenteerd. Achterin staat nog een verklarende woordenlijst met meer historische uitleg, een wandeling in de streek en als toemaatje een paar oud- Hollandse spelletjes.