Dit is zonder twijfel het kookboek met de meest intrigerende inhoudstafel die je kan aantreffen: stinkhommeleieren, nisjnobbelers, kaakklevers voor praatgrage ouders, aflikbaar behang voor kinderkamers, ... Dit alles roept natuurlijk meteen de fantasierijke en humoristische wereld van Roald Dahl op. Zoals kinderen zich vinden in zijn boeken, doen ze dat ongetijfeld ook in de lekkernijen die daarin voorkomen of die daarop geïnspireerd zijn: ofwel zalige zoetheden à la holle- kiezen-vullende karamels ofwel dingen met een vies kantje of op zijn minst een vieze naam à la horzels in stinkhommelvet. Hier en daar wordt het recept voorafgegeaan door een citaat uit het betreffende boek. Voor wie het boek niet gelezen heeft, maar ook en misschien nog meer voor wie dat wel gedaan heeft. Dahl-kenners beleven er nog meer plezier aan, door bekende figuren en begrippen terug te vinden. De recepten zijn geïllustreerd met een mix van foto’s en illustraties van – hoe kan het ook anders - Quentin Blake. En dat is een perfecte combinatie: de foto’s geven je toch een beeld van het eindresultaat, wat bij een recept onmisbaar is. De illustraties zijn zoals altijd heerlijk. En de integratie van beide verhoogt het grappige karakter nog aanzienlijk. De recepten, genoteerd o.a. door Roalds vrouw Felicity, zijn overwegend heel origineel, wat wil zeggen dat de originaliteit verder gaat dan alleen de naam. De lijsten van ingrediënten en de beschrijvingen zijn wel heel helder. De meeste recepten zijn wel niet door kinderen alleen te maken. Al die keren dat er siroop of karamel gemaakt moet worden, heb je je kinderen misschien zelfs liever niet in de buurt!