Per seizoen worden kleine en iets grotere kinderen met groene vingers de beginselen van tuinieren aangeleerd. De inhoudstabel staat vooraan en dat geeft toch een aangenaam overzicht. Zo kan de niet zo sterke lezer op zoek gaan naar een item dat hij/zij eens wil proberen. Al kan je best even de inleiding doornemen, wil je enigszins verantwoord omgaan met de levende materie. Uitproberen en kunnen omgaan met mislukkingen is de boodschap. Het advies om met niet te moeilijke planten te starten en nooit op te geven kan je dan maar beter ter harte nemen. Dit leuke boek spoort aan om te experimenteren en dat is fijn. Korte tips per pagina en leuke foto’s, waar wel wat humor in zit, maken alles tot een mooi geheel.
Elk seizoen begint met lekkers uit de tuin. Gevolgd door: Groen geknutsel. Dat zijn leuke hoofdstukjes tussendoor waar leuke knutsels met weinig middelen worden voorgesteld. Daarna krijg je tien tips over verschillende onderwerpen om dan af te sluiten met lekkere gerechtjes. Leuk, die opbouw en dat brengt variatie.
Misschien komt het eerst wat chaotisch over, maar het is een heel aantrekkelijk boek en zeer geschikt als cadeau! Ook voor de gezinnen met weinig plaats worden er tips gegeven hoe je toch nog groen in en rond huis kan krijgen.
Het sociale aspect is niet vergeten: achteraan worden de kinderen aangespoord om een ruilhandel op te starten of hun school te motiveren een natuurlijke speelplaats aan te leggen.