Het complete boek van Winnie de Poeh

Iedereen kent Winnie de Poeh. Van de films, de stickerboekjes, het kaftpapier, de knuffels, de T-shirts, de kartonnen bekertjes, ... Elk jaar verdient Disney 875 miljoen euro aan Poeh, dat is meer dan aan Mickey Mouse. Maar wie kent ‘m echt? Hoeveel mensen kunnen zeggen dat ze de verhalen van A.A. Milne uit 1926 gelezen hebben? Dit boek biedt ieder van ons de gedroomde kans onder die oppervlakkige merchandising te duiken en dit ongeoorloofde gat in zijn/haar cultuur te dichten. En te genieten, ruim 500 bladzijden lang, van de verrukkelijke karakters die Milne schetst. Teigetje, die eigenlijk niet goed weet wie of wat hij is, en zich dan maar overal een weg doorheen bluft, maar dan op een ontwapenende manier. Uil, die zogenaamd kan schrijven en alles weet, maar ook wel eens op de zenuwen werkt wanneer hij weer eens het simpelste nodeloos ingewikkeld maakt. Gewichtig en gehaast Konijn, met z’n leger kennissen. Onzekere Iejoor, in z’n eeuwige slachtofferrol. Het hoogst sympathieke Knorretje, altijd bereid een ander te plezieren. En dan natuurlijk Poeh zelf, niet de snuggerste, met een chronisch klein hongertje, altijd vrolijk en bezig een nieuw liedje te verzinnen. Deze kleurrijke figuren leveren verrukkelijke verhalen op, waarin dagelijkse gebeurtenissen worden uitvergroot tot heroïsche avonturen. Die op een heerlijk ironische manier beschreven worden. Hoewel Poeh populair is vanaf de leeftijd van een jaar of twee, zou ik dit boek maar voorlezen aan lagereschoolkinderen. Hoe ouder het kind, hoe meer het de humor zal smaken. In ieder geval zorgt deze voor heel wat (voorlees)plezier voor de ouder. De lekker ouderwetse illustraties van E.H. Shepard zitten als gegoten op de huid van elk van de personages. De gezellige - ook wat ouderwetse - taal van Mies Bouhuys geeft het origineel perfect weer. Een boek om te koesteren, ook omwille van de bijzonder luxueuze uitgave.