Twee kinderen op wandel in het bos worden geconfronteerd met een vreemd vuur. Dat vuur verslindt alles, zelfs woorden, en bij hen is dat het woordje 'wit'. Totaal van streek vertellen ze het aan hun ouders, die er geen geloof aan hechten. Hun grootvader echter knikt en begint te vertellen. Ze belanden in een wereld van sprekende dieren, van een mannetje van yoghurt en een vanillemeisje, de wind als individu en de grote oude eik die het middelpunt en toevluchtsoord is in die wondere wereld.
Fijn boek voor wie van fantasie en verbeelding houdt  en voor wie zich graag volledig overgeeft aan een andere wereld. De beschrijvingen zijn zeer mooi uitgewerkt zodat je geen probleem hebt om je die sprookjeswereld voor te stellen. Elk detail is belangrijk voor de schrijver en het leuke is dat de dingen of gebeurtenissen eens op een andere manier worden bekeken en uitgelegd. Elk hoofdstuk bevat een sobere potloodtekening die soms een klein kunstwerkje is.