Dit grote, dikke en propvolle naslagwerk is er eentje om samen mee in de zetel te kruipen. Voor kinderen die goed kunnen lezen is het een schatkist aan informatie over alles wat met dieren te maken heeft. Met jongere kinderen kan je samen hoofdstuk per hoofdstuk de dierenwereld verkennen aan de hand van de prachtige illustraties. Het boek gaat over dieren en hun klassen, evolutie en geschiedenis. Over uitgestorven dieren, roofdieren en hun verdedigingsmechanismen. En nog zo veel meer. Steve Jenkins beschrijft meer dan 300 dieren, exotisch en alledaags, en de bijzondere dingen die ze kunnen.
Voor kinderen die geen genoegen nemen met een lichtgewicht informatieboek is dit absoluut een topper. Een klepper als dit is niet voor iedereen weggelegd, maar wie er écht niet genoeg van krijgt, of een quizje wil winnen, vindt op de laatste pagina’s van dit boek nog een uitgebreide lijst, getiteld: ‘Meer dierenfeiten’.
Deze prachtige uitgave is volledig gevuld door één persoon. De illustraties in zijn boeken zijn door Jenkins zelf gemaakte collages van stukjes geknipt en gescheurd papier. De illustraties zijn levensecht en toch knap gestyleerd. Je gelooft zo dat de vlinders van de bladzijde zullen fladderen. Je zou het een boek vol kleine kunstwerkjes kunnen noemen. Jenkins wijdt  dan ook terecht een heel hoofdstuk aan hoe je dat nu eigenlijk doet, een boek over dieren maken. Je leest in elke letter en elk hoofdstuk hoe verwonderd en gefascineerd deze man naar de dierenwereld kijkt, al sinds hij zelf als peuter dierenboeken verslond.