Brulbaby's

Storm is helemaal niet blij wanneer papa en mama hem vertellen dat ze nog een baby gaan krijgen. Hij wil helemaal geen blèrende krijsende baby, hij wil een hond! Maar dat kan nu niet. De buik van mama wordt almaar dikker en dikker. Tot zijn stomme verbazing blijkt het niet om één baby te gaan, maar om een vierling! Vier babymeisjes nog wel! Algauw worden alle plannen met vier vermenigvuldigd. Zo moet Storm zijn grote, leuk ingerichte kamer ruilen voor een veel kleinere ruimte op zolder. Gelukkig is oma er. Zij is de enige die hem kan troosten. Langzaam begint hij aan het idee te wennen. Eenmaal geboren brullen de baby’s om de beurten het huis bij elkaar. Wanneer hij merkt dat zijn krijsende zusjes helemaal stil worden van zijn wilde muziek begint hij enige sympathie voor hen te voelen … De tien kleine hoofdstukjes waaruit het boek is opgebouwd zijn luchtig en vlot geschreven. Deze haalbare lengte moedigt jonge lezers aan. Ondanks de voorspelbare afloop blijf je geboeid tot op het einde. Dit is vooral te danken aan de talrijke humoristisch beschreven situaties. Zo moet Storms ma op een keer een echo laten maken. Storm denkt dat zij daarvoor naar een waterput moet. Dat ze: “hoe heet de burgemeester van Wezel” of zoiets moet roepen … De verschillende emoties zoals verwarring, jaloezie, interesse en hoop zijn heel naturel beschreven. Storm doorloopt ze één voor één tot hij tenslotte zijn nieuwe plek in het grote gezin vindt. Doordat het verhaal wordt verteld vanuit het ik-personage ga je je als lezer ook makkelijk met hem identificeren. Niet alleen de humor maakt dit verhaal zo bijzonder, al de personages gaan denken over wat hen overkomt en evolueren daardoor. Sobere zwart-witte lavis-illustraties verluchten de tekst. Zij zijn niet echt origineel, doen wat ‘Doremi’-achtig aan, maar zijn zonder meer eerlijk gemaakt. Achter de wat schreeuwerige cover zit een hartverwarmend verhaal!