Aude

‘Het langverwachte vervolg op Olrac’ wordt er getiteld op de omslagwikkel. Je moet altijd voorzichtig zijn met dergelijke slogans, maar ik moet toegeven dat ‘Olrac’ een onderhoudende avonturenroman was, van het type waar er tegenwoordig veel te weinig van verschijnen. ‘Olrac’ bezorgde je spanning, avontuur, romantiek. Het was een mix van klassieke ingrediënten overgoten met een sausje van modern schrijverschap. Een boek waarin je kon wegkruipen, zo eentje waarvan je spijt had dat het uit was. Zou ‘Aude’ hetzelfde niveau kunnen halen? Slaagt Kristien Dieltiens er opnieuw in je te laten meeleven met de lotgevallen van het hoofdpersonage? Worden de hooggespannen verwachtingen ingelost? Het antwoord is een driedubbel volmondige ja. ‘Aude’ is meer van hetzelfde en dat is hier absoluut niet negatief bedoeld. Het verhaal dan. Aude is een geitenhoedster, die opgroeit tijdens de woelige middeleeuwen in het zuiden van Frankrijk. Het leven is hard, maar simpel. Alles verandert echter wanneer haar moeder steeds zieker wordt en Aude ten einde raad met haar op weg gaat naar een genezer. Die zullen ze echter nooit bereiken, want haar moeder bezwijkt tijdens de tocht. Aude wordt bovendien nog lastig gevallen door een zootje ongeregeld en verliest zo have en goed. Aangezien niets haar nog bindt aan haar vroegere woonplaats, sluit ze zich, bang en eenzaam, aan bij een groep vreemde creaturen: mensen die door de Schepper bedeeld zijn met een mismaakt uiterlijk. Als kermiskramers en waarzeggers wenden ze hun handicap aan om hun boterham te verdienen. Het gewone volk wordt immers tegelijk aangetrokken en afgestoten door deze mismaakte wezens. Aude voelt er zich al snel thuis, al gebeuren er een aantal geheimzinnige zaken. Op hetzelfde ogenblik vertrekt Olrac naar Marseille. Zijn stiefvader heeft hem opdracht gegeven de geheimzinnige gebeurtenissen aldaar te onderzoeken en meteen ook maar kennis te maken met de zesjarige Margarita, Olracs toekomstige echtgenote. Het meisje blijkt een schrander kind te zijn dat de sleutel bezit in de zoektocht naar de verdwenen magister Abelard. En waarom verdwijnen er jonge, mooie meisjes uit de stad? Zal Olrac tijd genoeg hebben om dit alles uit te zoeken of is hij naïef en ziet hij bepaalde tekenen niet? Dieltiens weet met deze gegevens een vernuftige roman in elkaar te knutselen. De middeleeuwse maatschappij wordt knap weergegeven: de jaarmarkt, het geloof in hekserij en duivelstekens, de drang van een bange bevolking om diegenen die buiten het gewone vallen, als zondebok te bestempelen, het hofleven … de schrijfster verweeft het tot een boek dat je niet snel weg wil leggen. Al vroeg in het verhaal blijkt dat Aude en Olrac elkaar vroeger al eens ontmoet hebben en de vraag voor de lezer is dan niet zozeer of, dan wel wanneer ze elkaar opnieuw zullen ontmoeten. Je voelt aan je kleine teen dat er romantiek in de lucht hangt, maar je vraagt je meteen ook af hoe het dan moet met de toekomstige kind-bruid van Olrac. Bovendien levert de cursief gedrukte tekst aan het einde van elk hoofdstuk weer een boel vragen op. Geheimzinnigheid troef, zoals het hoort in een volgens de regels van het avonturenboek geschreven verhaal. Wat mij betreft slechts één minpuntje: de kaft vind ik verre van aantrekkelijk en de binnenillustraties hebben absoluut geen meerwaarde; mij stoorden ze zelfs een beetje. Laat dat echter de pret niet bederven, want eigenlijk kan deze recensie als volgt samengevat worden: prima verhaal, graag meer van dat! Ik wacht alvast op het vervolg van ‘Aude’.